Verdachten in zedenzaak Alphen: ‘Er was geen dwang’ – hof buigt zich over hoger beroep
Foto: Ter illustratie
Alphen aan den Rijn, 20 augustus 2025 – Twee mannen die eerder zijn veroordeeld voor het verkrachten van een destijds 17-jarig meisje in Alphen aan den Rijn, ontkennen in hoger beroep dat er sprake was van dwang. Het Openbaar Ministerie (OM) acht de bewijzen echter overtuigend en eist onvoorwaardelijke gevangenisstraffen.
Nacht na examenfeest
De gebeurtenissen speelden zich af in de vroege ochtend van 1 juni 2018. Na een examenfeest in Bar Amsterdam in de Julianastraat trok een kleine groep jongeren naar een woning om het feest voort te zetten. Drie van hen – een 21-jarige Alphenaar, een 21-jarige man uit Koudekerk en het minderjarige slachtoffer – deden een drankspelletje. De overige twee gingen naar boven.
Na het spel volgden seksuele handelingen tussen de twee mannen en het meisje. Forensisch onderzoek wees later uit dat er sperma van één van de verdachten in haar lichaam werd gevonden. De kernvraag voor het hof: gebeurde dit met instemming of onder dwang?
Slachtoffer: te dronken om zich te verzetten
Volgens het slachtoffer wilde zij niet verder gaan dan zoenen, maar werd zij tegen haar wil gedwongen tot orale seks en penetratie. Ook verklaarde zij dat zij te veel had gedronken om zich te kunnen verweren. Kort daarna vertelde zij geëmotioneerd aan een vriendin dat zij was verkracht en liep ze naar huis.
Wisselende verklaringen
Het OM acht de verklaringen van de verdachten weinig betrouwbaar. Zo verklaarde de Koudekerkse man aanvankelijk dat er geen penetratie had plaatsgevonden, iets wat door forensisch onderzoek werd tegengesproken. Pas later gaf hij toe dat dit wel het geval was. “Ik was in paniek”, zei hij in de rechtszaal. Voor justitie is dit reden om zijn geloofwaardigheid in twijfel te trekken.
Zijn medeverdachte, de Alphenaar, stelt dat hij niets strafbaars heeft gedaan. “Ik heb haar die avond geen nee horen zeggen, dat weet ik honderd procent zeker.” Hij zegt spijt te hebben dat het slachtoffer niet aanwezig was bij de zitting, omdat hij haar excuses wilde aanbieden voor “hoe zij de avond heeft beleefd”.
Persoonlijke gevolgen
Beide mannen gaven aan dat een celstraf grote impact zou hebben op hun gezinnen. “Dan stort alles in, dan moeten we ons huis verkopen,” aldus de verdachte uit Koudekerk. De Alphenaar vreest dat hij zijn kinderen niet meer zal zien. Zijn overspel met het slachtoffer heeft volgens hem al langdurige spanningen veroorzaakt in zijn relatie.
Eis en uitspraak
Het OM heeft in hoger beroep celstraffen geëist van twintig maanden voor de Alphenaar en 24 maanden voor de Koudekerker. De rechter doet over twee weken uitspraak.
