Turnhal DOS blijft voorlopig staan: ‘Geen sloophamer in Dillenburg zonder alternatief’
Foto: Google Maps
ALPHEN AAN DEN RIJN – De gemeenteraad van Alphen aan den Rijn is duidelijk: er mag pas gesloopt worden op locatie Dillenburg als er een nieuw onderkomen is geregeld voor turnvereniging DOS. De fracties maken zich grote zorgen over het verdwijnen van sportvoorzieningen bij nieuwbouwprojecten zonder dat er passende alternatieven zijn geregeld.
Tijdens de raadscommissie van donderdagavond 19 juni uitten politici stevige kritiek op het gemeentebestuur. Alle partijen zijn het met elkaar eens dat sportclubs niet de dupe mogen worden van woningbouw. “Geen sloophamer in Dillenburg totdat er een nieuwe turnhal is geregeld,” stelde Gé Kapteijn (GroenLinks). “Het is een breed probleem dat sportvoorzieningen verdwijnen zonder dat er iets voor terugkomt.”
De zorgen worden gedeeld door sportwethouder Gert-Jan Schotanus. Hij benadrukte dat het belang van sportverenigingen verder gaat dan ‘een uurtje sporten’. “We gaan niet slopen voordat er een vervangende locatie is gevonden. Maar het kost tijd. Een turnfunctie toevoegen aan een nieuwe sporthal, bijvoorbeeld bij De Bijlen, betekent 8 miljoen euro extra investering.”
Politiek breder bezorgd
Het is niet de eerste keer dat sportverenigingen zich zorgen maken bij herontwikkeling van oude locaties. Eerder gebeurde iets vergelijkbaars bij Nieuwe Sloot, waar tennis- en padelbanen niet direct waren meegenomen in de plannen voor woningbouw. Uiteindelijk is dat probleem opgelost: de tennisvereniging opende onlangs nieuwe velden.
Koen Verwoerd (D66) erkent dat er soms spanning is tussen sport en woningbouw. “Maar we moeten blijven waken voor het verdwijnen van belangrijke sportplekken.”
Uitspraak: binnen tien jaar nieuwe locatie
De uitkomst van de discussie is dat de gemeente zich heeft gecommitteerd aan het vinden van een nieuwe plek voor DOS binnen tien jaar. Tot die tijd blijft de huidige turnhal op Dillenburg staan. De wethouder zal eind dit jaar of begin volgend jaar met een update naar de raad komen over de voortgang.
